Toetjes zijn niet echt mijn ding. Sowieso ben ik meer van de hartige snackjes dan van het zoete. Natuurlijk vind ik iets zoets soms ook wel lekker hoor, maar als ik kan kiezen; geef mij dan maar een stokbroodje met een lekkere dip in plaats van een stukje chocolade. Dat zie je ook wel terug in mijn kookgewoontes; ik focus altijd op het voor- en hoofdgerecht en het toetjes hangt er maar een beetje bij. Maar nu ik mijn blog begonnen ben, moet ik me toch ook een beetje op de nagerechten focussen en ik moet bekennen dat onderstaande cakejes echt een guilty pleasure zijn. In één woord: heerlijk!! De sinaasappelsmaak zorgt ervoor dat het cakeje minder zwaar smaakt dan je verwacht maar doet niks af aan de chocoladesmaak. Oh, dat momentje dat je het cakeje doorsnijdt en de chocolade eruit loopt…niet te omschrijven: je moet het gewoon maar eens proberen. Makkelijk, snel en goddelijk lekker!

20 minuten
Bewerkelijk
0 – 5 euro pp

Ingrediënten voor 4 personen:

  • 175 gr pure chocolade
  • 25 gr boter
  • 25 gr bloem
  • 75 gr suiker
  • 1 zakje vanille suiker
  • 2 eieren
  • schil van 1 sinaasappel
  • 4 takjes verse munt
  • 250 gr ingevroren zomerfruit

Zo maak je het:

Warm de oven voor op 200 graden. Zorg dat de boter op kamertemperatuur is.
Zet een pan met water op het vuur en smelt de chocolade au-bain-marie. Roer af en toe door het chocolademengsel heen.

Ondertussen rasp je alvast de schil van de sinaasappel. Haal de topjes van de takjes munt af voor de decoratie. Hak de overige blaadjes fijn.

Vet je bakvorm in met wat boter. Om te voorkomen dat de cakejes aan de bakvorm vastplakken, kun je er een beetje bloem doorheen strooien. Ook is het slim om wat rondjes bakpapier uit te knippen en op de bodem van de vormpjes te leggen. Zet de bakvorm in de oven zodat hij kan voorverwarmen.

Roer nogmaals door je chocolademengsel. Als het gesmolten is, haal je het van het vuur en laat je het een beetje afkoelen terwijl je de rest van het beslag maakt.

Doe de suiker en de boter in je keukenmachine of in een grote mengkom en meng alles goed door elkaar tot er een zacht, kruimelig mengsel ontstaat. Voeg de eieren een voor een toe en mix alles goed door elkaar. Voeg ook de sinaasappelrasp en de fijngehakte munt toe, maar houd wel een klein beetje over voor de garnering. Tenslotte voeg je de bloem toe.

Roer het beslag en de chocolade door elkaar (niet in de keukenmachine). Je zult merken dat het beslag redelijk dik wordt. Zodra alles goed gemixt is, schep of giet je het beslag in je ingevette en voorverwarmde bakvorm (let op: heet!)

Laat de cakejes 10 minuten bakken op 200 graden.

Ondertussen kan je alvast de vruchtjes opwarmen. Zet een klein pannetje op het vuur en verwarm de vruchtjes langzaam terwijl je roert.

Na 10 minuten haal je de cakejes uit de oven. De makkelijkste manier om ze uit je bakvorm te krijgen, is om deze omgekeerd op een plank te zetten. Leg de cakejes voorzichtig op een bordje, schep er wat warme vruchten bij en garneer met de blaadjes munt en wat fijngehakte munt en sinaasappelrasp.

Ze zijn klaar om te serveren: geniet ervan en vergeet niet om dat opensnijden van het cakeje rustig te doen, dit is echt een top momentje! 😀