Zelf kroketten maken is een bewerkelijk process. Maar zeer degelijk de moeite waard! Deze variant met asperges en rivierkreeftjes is natuurlijk erg seizoensgebonden maar ook heel bijzonder! De kroketjes zijn niet per se moeilijk te maken maar het proces bestaat wel uit veel stappen en je bent er dus wel een tijdje mee bezig. Ik maakdaarom wel altijd meer kroketjes dan alleen voor het specifieke diner of het momentje waarvoor ik ze gepland had. Je kan ze namelijk goed invriezen (voor het frituren) en later weer serveren.
Ingrediënten voor 10 kroketjes:
- 4 asperges
- 50 gr rivierkreeftjes
- verse peterselie
- paneermeel
- 2 eieren
- bloem
- 1 bouillonblokje
- bakboter
- peper en zout
Zo maak je het:
Deze keer dus zelfgemaakte aspergekroketten met rivierkreeftjes. Goed te combineren als je toch asperges of aspergesoep aan het klaarmaken bent. Begin met het maken van de basis voor de rouille. Als je het echt alleen maakt voor de kroketjes, kan je gebruik maken van veel minder bouillon (500 ml water ipv 2 liter en 1 bouillonblokje)
Snijd het kontje van de asperges en schil de asperges. Doe de schillen en de kontjes van de asperges vast in een grote soeppan. Rol de verse asperges in een schone, natte handdoek en leg deze in de koelkast.
Voeg 2 liter water toe aan de aspergeschillen. Breng deze aan de kook en laat deze 10 minuten koken. Voeg nu 2 bouillonblokjes toe. Laat nog 5 minuten koken. Snijd ondertussen de asperges in mini-stukjes.
Hak de peterselie en de rivierkreeftjes fijn.
Doe flink wat bakboter in een pan met een diepe bodem (kan een bakpan of een grote sauspan zijn). Zodra de boter gesmolten is, voeg je de rivierkreeftjes toe. Bak deze 2 minuten op hoog vuur. Voeg nu de gehakte peterselie, een beetje peper en zout en de stukjes asperge toe.
Bak nog een paar minuutjes en voeg dan 3 flinke scheppen bloem toe. Roer goed tot het flink klontert, voeg nu langzaam wat asperge bouillon toe, waar tussen je flink roert zodat er een dikke rouille ontstaat zonder klontjes. Je kan hier wel een aantal lepels asperge bouillon voor nodig hebben. Ben niet te zuinig.
Zodra de bloem niet meer klontert, is de vullling klaar. Laat de vulling een beetje afkoelen.
Zet ondertussen 3 borden klaar:
Bord 1: doe de eetlepels bloem erin, verdeel goed over de bodem
Bord 2: breek de eieren boven dit bord, klopt de eieren met een vork los.
Bord 3: Doe hierin het paneermeel.
Vorm met je handen kleine kroketjes. Haal nu de kroketjes eerst door de bloem, daarna door de eieren en als laatste door het paneermeel. Herhaal dit voor alle kroketjes.
Zet nu ofwel je frituurpan aan (liefste met olijfolie of zonnebloemolie) of gebruik als je geen frituurpan hebt een wok met olijfolie of zonnebloemolie. Laat de olie heet worden en dan bedoel ik echt heet!
Frituur de kroketjes 5-8 minuten afhankelijk van de grootte. Je kan de ze meteen serveren.
Let wel, als je ze wilt invriezen moet je ze niet alvast frituren. Ze smaken beter als ze niet gefrituurd ingevroren worden.
Laat een reactie achter